Apollo Zoster

Het heiligdom van Apollo Zoster is opgegraven in 1926-1927 en bevindt zich bij het mateloos populaire strandresort van Vouliagmeni bij Athene. Het tempeltje, gesticht in de voor-klassieke periode, is een vrij eenvoudig bouwwerk, 11 x 6 meter. De bodem binnenin was bedekt met platen marmer, en op een afstand van 6.75 m. Voor de tempel is een altaar gevonden. Geruime tijd na de oorspronkelijke bouw is de tempel omgeven met een arcade, die het het uiterlijk gaf van een peristyle tempel met 4 x 6 zuilen. Inscripties geven aan dat het heiligdom viel onder verantwoordelijkheid van de deme Halai Aixonides. Tegenwoordig ligt het opgravingsterrein middenin een luxe vakantieresort. Wel is hij toegankelijk zonder betalen. Op korte afstand van de eigenlijke tempel zijn (schamele) resten te zien van het priesterhuis dat bij de tempel hoorde (direct rechts van deze tekst.

Het heiligdom lag in de deme Aixone, bij het plaatsje Halae Aixonides. Volgens een antiek commentaar op Aristophanes (Lysistrate 808-15) was hier op een kaap aan de kust de befaamde mensenhater Timon van Athene begraven, van wie Pausanias aangeeft dat hij in de buurt van Plato’s Academie had gewoond. Met name Plutarchus en Lucianus hebben Shakespeare als bron gediend bij het schrijven van zijn Timon of Athens. Het plaatsje diende ook als achtergrond voor Terentius’ komedie heautontimoroumenos, ‘de Zelfkweller,’ waar twee boerenfamilies centraal staan.

Pausanias’ (foutieve) verklaring van de naam van Apollo Zoster is gebaseerd op een rede van de redenaar Hyperides, die de Atheense claim op het eiland Delos kracht wilde bijzetten door een mythisch verband te scheppen met het eiland: waar de godin Leto (zoals bekend) haar kinderen Apollo en Artemis baarde op Delos, zou ze alvast haar gordel los hebben gemaakt bij Zoster. In werkelijkheid werd hier Apollo vereerd als oorlogsgod, die krijgers beschermde door hen een harnas aan te leggen. De naam moet dus eerder betekenen de ‘Omgorder’.

De meeste foto’s zijn aanklikbaar voor een vergroting.

Zeus en Leto

Officieel was Zeus getrouwd met Hera, zijn zus, alleen nam Zeus het niet zo nauw met de echtelijke regels. Regelmatig hield hij er affaires op na, waaronder één met Leto, een dochter van de Titaan Koios. Toen Leto eenmaal zwanger was, haalde Zeus zich de woede van zijn vrouw Hera op de hals. Deze verkondigde dat zij iedereen die Leto zou helpen met de bevalling, zou vervloeken.
Omdat dit dreigement van de godin Hera grote indruk maakte, was Leto gedwongen vele omzwervingen te maken. Na vele maanden bereikte Leto het eiland Delos, dat destijds nog niet aan de zeebodem was verankerd, maar armzalig ronddobberde. Dit eiland was zo arm dat geen enkele bedreiging het verder zou kunnen schaden. Een nimf gaf Leto onderdak, in ruil voor een heiligdom op het eiland. Deze zou gesticht moeten worden door de zoon die Leto zou baren.

Maar hiermee waren haar problemen nog niet voorbij. Hera hield de godin van de bevalling, tijdens de weëen van Leto bezig. Hierdoor heeft Leto negen dagen lang barensweëen gehad. Pas hierna vernam Eileithuia over de nood van Leto en zij spoedde zich naar Delos. Met haar hulp baarde Leto, zich vasthoudend aan een palmboom, Apollo en Artemis. De palmboom werd nog lange tijd vereerd op het eiland Delos, dat zou uitgroeien tot het belangrijkste centrum van de Apollo-cultus.