Tanagra

Van het klassieke Tanagra zijn slechts schamele resten zichtbaar, onder meer doordat er ter plekke nog geen opgravingen zijn doorgevoerd. Enkele resten uit de archaïsche periode getuigen ervan dat de stad al vanaf 800 voor Chr. bestond. De stad was lid (samen met Thebe, Koroneia, Haliartos en Thespiai) van de Boiotische Bond en muntte z’n eigen geld. De site wordt in tweeën gesneden door het moderne aquaduct dat water naar het meer van Marathon vervoert.  Al in de 4e eeuw v. Chr. was de stad ingedeeld in een patroon van kaarsrechte straten en huizenblokken. De noordelijke helft komt overeen met de “bovenstad” van Pausanias, waar de openbare gebouwen stonden en de heiligdommen (tegenwoordig is er slechts de verdieping van het theater te zien), terwijl de zuidelijke helft vooral de woondistricten bevatte. In het midden lag de agora. Van de acht aanwezige poorten zijn er 3 met zekerheid geïdentificeerd.

De prehistorische (Mykeense) stad, waaruit meerdere schitterend beschilderde grafkisten (linksboven) zijn opgegraven, lag waarschijnlijk dichter bij het moderne Tanagra. De kamergraven van de opgegraven begraafplaatsen bevatten vaak meerdere larnakes, uitvoerig in Myceense stijl beschilderde askisten. Enkele fraaie vondsten zijn tentoongesteld in het (kleine) museum van de stad (Schimatari), maar de meeste exemplaren bevinden zich in het museum van Thebe.

De archaïsche, klassieke en hellenistische begraafplaatsen liggen verspreid rond de oude stad, bij de plaatsjes Balí, Kokkáli, Gélezi. Vanaf het begin van de 4e eeuw voor Chr. tot het eind van de 2e eeuw voor Chr. is Tanagra het voornaamste centrum van kleine terracotta figuurtjes van Boiotië met invloed op de Attische productie, maar ook die in Egypte en Klein-Azië, en export door de hele middellandse zee heen. Deze Tanagra-poppetjes stellen voornamelijk kinderen en jonge vrouwen voor, met bonte kleding en uitvoerige kapsels, maar ook jongemannen, Erotes, Afrodite en Nikè. De poppetjes werden vooral in graven meegegeven. Na grootscheepse plunderingen van graven in de 19e eeuw, zijn er nog slechts weinig Tanagra-poppetjes overgebleven in Griekenland. Een recent opgegraven graf met maar liefst 17 poppetjes (!) liet zien dat deze soms vele tientallen jaren oud waren, voor ze in een graf werden meegegeven.

Rechts: foto van twee muntjes met de Hermes Kriophoros, de “Ramsdrager”. Onder v.l.n.r. Mykeense askist (13e eeuw voor Chr..), 6e eeuws idooltjes uit het museum van Tanagra, ,en Hellenistische “Tanagra-beeldjes”.